Posterwedstrijd

Abstracts posters

Ook dit jaar kan je deelnemen aan de posterwedstrijd. Op deze manier kan u uw lopend of afgerond onderzoek delen, een boeiende casus of project. De inzendingen worden beoordeeld door het wetenschappelijk comité en tijdens de lunchpauze kan u uw poster extra toelichten. 
De eerste prijs bedraagt 300 euro,  de tweede en derde prijs telkens 100 euro, waarvoor onze dank aan de Vlaamse gemeenschap.

Inzenden kan voor 1/10 via info@v-a-e.be

Presentaties van zowel lopend als afgerond onderzoek kunnen als poster ingediend worden. Abstracts worden ter goedkeuring voorgelegd aan het wetenschappelijk comité.

De abstract bevat: auteur(s), titel, probleemstelling, methode en resultaten.

De afmetingen van de poster zijn max. 90 x 120 cm (breedte x hoogte). De posters worden zoveel mogelijk thematisch geordend. 
Posters worden beoordeeld door het wetenschappelijk comité. 

_____________________________________________________________________________

Hieronder kan u de abstracts van deze posters terugvinden.

Computer Training of Attention and Inhibition for Youngsters with Obesity: a Pilot-study.
Tiffany Naets¹, Sandra Verbeken^1, Caroline Braet¹, Wouter Boendermaker², Katrijn Houben^3
1Ghent University, Ghent, Belgium/²Utrecht University, Utrecht, Netherlands/³Maastricht University, Maastricht, Netherlands

Obesity is a widespread problem that starts from an early age. Previous studies suggest that obese youngsters have an attentional bias and an automatic approach tendency towards high-calorie food and display difficulties inhibiting impulses, which may result in a higher intake of (high-calorie) food. An interesting idea for improvement of the current obesity treatment is adding a program that enables to train their difficulties. Subjects were 36 youngsters aged 9 to 15 years old from an inpatient treatment program for obesity, randomized over a training group and an active control group. The training consisted of six training sessions with cognitive tasks aimed at enhancing inhibition towards unhealthy food items (with a go/no-go task), as well as decreasing a food approach bias (using an approach/avoidance task) and a food attentional bias (using a dot-probe task). The current study evaluated whether training of these characteristics helps obese youngsters to maintain weight-loss once they return home at the end of their inpatient treatment program. Results on the cognitive performances were investigated during two measurement sessions, spread over 5 weeks while weight evolution was followed over 13 weeks. Results showed that this training program did not have an effect on BMI at follow up. Limitations, possible causes and future directions are discussed.

INHIBITORY CONTROL PROBLEMS IN LOSS OF CONTROL OVER EATING AMONG ADOLESCENTS

Eva Van Malderen1, Lien Goossens1, Sandra Verbeken1, Eva Kemps2

1Ghent University, Ghent, Belgium/2Flinders University, Adelaide, Australia

Purpose: Loss of control over eating (LOC) is common among adolescents and is associated with negative physical and psychosocial outcomes. Recent evidence points to a role for poor inhibitory control (IC) in explaining LOC among adults, but evidence in adolescent samples is limited. Moreover, research remains inconclusive on whether these IC deficits are related to food-specific or rather general types of stimuli. Therefore, the aim of the current study was (1) to examine whether adolescents with LOC experience more IC-problems compared to healthy controls and (2) to clarify whether these problems are food-specific or rather general. Method: A community sample of 133 adolescents (63.2% female; M = 13.06 years; SD = 2.02) was recruited. With the use of a clinical interview (Ch-EDE), 30 adolescents reported LOC. To measure IC, both a self-report measure (i.e. BRIEF) and a behavioral measure (i.e. Go/No-Go task) was used. Results: Adolescents with LOC have more self-reported IC-problems compared to healthy controls. However, no differences were found between the two groups using the Go/No-Go task. Conclusions: These results show that IC-problems are an important mechanism in LOC among adolescents. More research is needed to clarify if these problems are food-specific or rather general.

Long slow learning: balancing reward learning ability and effortful control in eating disorders. 

Ellen Coopman1, Eline Hoste1, Diego Pizzagalli2, Kathleen De Cuyper1, Johan Vanderlinden1, Stephan Claes3, Laurence Claes1, Elske Vrieze3.

1Department of psychology, KULeuven University, Belgium, 2Department of Psychology, Harvard University, Cambridge, Massachusetts, 3Department of psychiatry, KULeuven University, Belgium.

Background: Eating habits in eating disorders (ED) probably involve maladaptive reward processes and self-control issues.

Aims: In this study, we aimed to assess reward learning in female ED patients compared to female controls and women with major depressive disorder (MDD) and investigate the role of effortful control in this process. We hypothesized that overall, patients with an ED have a normal to high reward learning ability compared to controls and MDD. However, ED patients with restrictive (r) eating behaviour will have inhibited reward reactivity due to high EC.

Methods: We included 64 ED patients  (r=22, binging/purging (bp)=42), 48 MDD and 38 controls. All participants performed a probabilistic reward learning task. ED patients completed the behavioral inhibition/activation system scales (BISBAS) and the effortful control scale (EC).

Results: Relative to controls and MDD, ED patients showed a high reward learning effect over the three blocks (One-way ANOVAs block*group effect: F=2.904, p=0.022). Age was included as covariate in the model. Restrictive subtype ED patients show diminished reward learning over the first two blocks (F=3.758, p=0.05), due to a significant difference between restrictive eaters and controls (t=2.174, Tukey-K (adj)p=0.02). Effortful control score predict reward learning ability over two blocks in restrictive eaters (R=0.296, F=6,354, p=0.014).

Conclusion: ED patients show a strong reward learning response. However, in the initial learning phase, restrictive eaters have a blunted reward learning reaction compared to controls. This might be due to high self-control mechanisms, since we found that effortful control scores in this group predict reward leaning ability in the initial learning phase.

Case report: 11-jarig meisje met Pervasive Refusal Syndroom

Baekelandt K1, Docx 2 M, Maes K1.

1 ZNA-UKJA, Antwerpen, 2 Kon. Paola Kinderziekenhuis, Antwerpen

Probleemstelling: Een meisje van 10 jaar met het Pervasive Refusal Syndroom (PRS) wordt verwezen door het liaisonteam van een universitair ziekenhuis met de vraag naar behandeling van een ernstige eetproblematiek. Naast de volledige voedselvermijding is er sprake van ernstig dysfunctioneren op gebied van communicatie en motoriek. 

Methode:  Gezien de zeldzaamheid van dit syndroom werd een doorgedreven literatuuronderzoek gedaan. Aan de hand van een case-report worden de bevinden uit het literatuuronderzoek getoetst. Er wordt  een beschrijving gegeven van het diagnostisch beeld en de vormgeving van de behandeling.

Conclusie: Aan de hand van een case report wordt de literatuur rond het PRS beschreven en getoetst. Hierbij ligt de nadruk op het specifieke behandelaanbod en de daarbij horende uitdagingen. Tenslotte worden enkele denkpistes voor verdere behandeling aangereikt.

E-Mental Health bij eetstoornissen en verwante moeilijkheden

Anna Debaetselier1 & Mara Reynders2

1 sociaal-cultureel werker & vrijwilligster AN-BN vzw; 2 psychotherapeut Voedsel voor de Ziel & vrijwilligster AN-BN vzw

Doel: Bij E-Mental health maakt men gebruik van informatie- en communicatietechnologie om welzijn en geestelijke gezondheidszorg te ondersteunen of verbeteren. Verder biedt het voor hulpverleners mogelijkheden voor preventie, diagnostiek, behandeling en opvolging op lange termijn. Voordelen zijn dat grote groepen bereikt kunnen worden, met toch ook kans op gepersonaliseerde feedback. Er bestaat nog geen overzicht van online hulpmogelijkheden bij eetstoornissen en verwante moeilijkheden.

Methode: Aan de hand van kwaliteitscriteria als privacy en anonimiteit, evidence based, gratis/betalend, bruikbaar in therapie en taal werden verscheidene online hulpverleningstools onderzocht. Het gaat hierbij om eetstoornis herstel sites, eetstoornis herstel apps, meditatie apps, mental health apps (diverse problemen) en online modules bij eetstoornissen en verwante moeilijkheden (angst, depressie en suïcide).

Resultaten: Uit het kwaliteitsonderzoek kunnen we besluiten dat er geen Nederlandstalige eetstoornis herstel apps zijn, maar het Engelstalig aanbod is sterk: Jourvie, Recovery Record en Rise Up + Recover. Wat betreft Mental Health Apps bevelen we in het Nederlands Psymate, BackUp en OnTrackAgain aan en in het Engels Mindshift, T2 Mood Tracker, What’s Up?, CBT Thougt Record Diary en Wellmind. Een speciale aanbeveling verdient Onlinedagboek.be, dat kan gebruikt worden als onderdeel van een therapie en een aantal voordelen vertoont tegenover vb. het mailen van dagboekfragmenten.

Conclusie: Voornamelijk Engelstalige online tools zijn beschikbaar voor herstel bij eetstoornissen. Enkele websites en apps kunnen ingezet worden in therapie of bij onderzoek. Verder onderzoek dient uit te wijzen wat de inzetbaarheid en werkzaamheid van deze tools kunnen zijn in Vlaanderen en hoe deze middelen verder verspreid kunnen worden.

PILOOTSTUDIE: VERSCHILLEN IN AANDACHTS- EN INHIBITIEPROCESSEN VOOR VOEDSEL EN BEWEGING GERELATEERDE STIMULI EN EMOTIEREGULATIE TUSSEN ANOREXIA NERVOSA PATIËNTEN EN GEZONDE PROEFPERSONEN.

Louise Puttevils, Marie-Anne Vanderhasselt, Jens Allaert, Nele De Schryver, Chris Baeken, & Myriam Vervaet

Introductie

Voorgaand onderzoek heeft reeds uitgewezen dat individuen die lijden aan anorexia nervosa (AN) een abnormale verwerking van cognitieve en emotionele informatie vertonen, wat mogelijks een kwetsbaarheid is voor het ontwikkelen en in stand houden van deze eetstoornis. Om meer inzicht te krijgen in de werkingsmechanismen deze complexe mentale stoornis, worden in de huidige studie experimentele paradigma’s getest die mogelijke verschillen in (1) aandachtsprocessen voor voedsel gerelateerde foto’s, (2) emotieregulatie van negatieve feedback en (3) responsinhibitie met beloning kunnen detecteren tussen AN patiënten en gezonde proefpersonen. Het gebruik van voedsel gerelateerde stimuli verhoogt de ecologische validiteit van de huidige experimentele paradigma’s.

Methode

25 AN patiënten met het restrictieve type en 25 gezonde proefpersonen zullen deelnemen aan deze studie. Bij aanvang zal men verschillende vragenlijsten moeten invullen die peilen naar depressie, angst, emotieregulatie en piekeren, welke als moderatoren kunnen gebruikt worden in onze analyses. Vervolgens zal men (in deze volgorde) (1) een engagement-disengagement taak met voedselstimuli (waarbij oogbewegingen gemeten worden als maat voor aandachtsprocessen), (2) een cognitieve controle taak met gemanipuleerde negatieve feedback, en tenslotte een go no go-taak met beloning (met voedselstimuli) moeten uitvoeren. Na iedere taak zullen een aantal bijkomende vragenlijsten afgenomen worden die peilen naar ruminatie, piekeren en stemming. Voor de volledige duur van het experiment zal hartslagvariabiliteit (HRV) gemeten worden, welke een indicatie is van emotieregulatie.

Resultaten

Aangezien de data inzameling van dit onderzoek nog maar recent gestart is, zijn nog geen resultaten beschikbaar. Op de engagement-disengagement taak verwachten we dat patiënten (in vergelijking met controle proefpersonen) meer disengagement t.o.v. voedselstimuli zullen vertonen. Tijdens de cognitieve controle taak zouden AN patiënten ook een lagere HRV vertonen bij het ontvangen van negatieve feedback. Op de go no go-taak wordt hogere inhibitorische controle en een kleiner beloningseffect verwacht bij AN patiënten, voornamelijk bij voedsel gerelateerde stimuli.